Chantalle Zijderveld, de onbetwiste koningin van de schoolslag
De koningin van de 100 meter schoolslag in de klasse SB9, zo mag je Chantalle Zijderveld gerust omschrijven. Tijdens Paris2024 wist ze haar paralympische titel, drie jaar geleden behaald in Tokio, met succes te verdedigen. Daarnaast maakte ze deel uit van het zilveren mixed estafetteteam op de 100 meter wisselslag.
Veel sporters hebben hun vaste rituelen, iets wat ook zeker van toepassing is op de 24-jarige zwemster uit Amersfoort die is opgegroeid in Zwijndrecht. Bij elke grote internationale wedstrijd lakt ze haar nagels in een opvallende kleur (neon)geel. „Bij het WK in Glasgow in 2015 ben ik daarmee begonnen. Raar maar waar: het heeft me iedere keer geluk gebracht; ik doel dan vooral op de 100 meter schoolslag. Slechts éénmaal heb ik dat nagelaten. Dat was tijdens mijn eerste Paralympics in Rio. En ja, de afloop is bekend. Als topfavoriet eindigde ik teleurstellend als derde, terwijl Lisa (Kruger, red) er met de buit vandoor ging. Tevens moest ik afstand doen van mijn wereldrecord. Sindsdien lak ik ‘braaf’ mijn nagels, wat dus telkens gepaard gaat met bevredigende resultaten”, doet ze uit de doeken.
Een ander ritueel waarvan ze zich in de regel bedient is het luisteren van ultra-dynamische hardstyle, kort voor de wedstrijd. „Dat helpt me bij m’n concentratie. Tegelijkertijd schiet mijn adrenalineniveau er automatisch door omhoog. Op mijn playlist staan geen vaste nummers. Zo nu en dan update ik de lijst om vervolgens te kiezen voor de shuffel-modus. Dat deze muziek écht iets met me doet, is af te lezen uit het feit dat ik –indien de mogelijkheid zich voordoet- altijd wel te porren ben om een spetterend festival mee te pikken. Zo staat Defcon met rood omcirkeld in mijn agenda. Voor mij geldt het als een gouden combinatie met topsport.”
Kunstje wéér geflikt
Met een uiterst voldaan gevoel kijkt Zijderveld terug naar de Paralympics van Parijs. Gelijk op de eerste dag dat de Nederlandse zwemmers in actie kwamen moest ze aan de bak op de schoolslag. „Het ging voortreffelijk, met name in de finale verliep alles volgens plan. Onmiddellijk na mijn race keek ik naar het scorebord. Ik zag het getal 1 achter mijn naam. Een gevoel van opluchting maakte zich van me meester: ik had het kunstje wéér geflikt! Favoriet zijn wil niet zeggen dat je ook daadwerkelijk wint. In psychologisch opzicht was dit misschien wel de moeilijkste race uit mijn hele carrière. Deels omdat ik negen maanden daarvóór een pittige heupoperatie had ondergaan. De gehele revalidatieperiode was in feite een race tegen de klok. Ik heb alles op alles gezet om op tijd fit te zijn. Doordat de internationale top steeds professioneler wordt, mag je tegenwoordig niets aan het toeval overlaten.”
Drie dagen later stond de 4x100 meter mixed estafette op de rol. Nadat startzwemmer Olivier van de Voort TeamNL (flink) op voorsprong had gebracht, was het de beurt aan schoolslagspecialist Zijderveld om die te consolideren. „Met een uiterste krachtsinspanning is dat
gelukt. Het was beslist niet mijn beste race. Bij een estafette open ik liever de jacht op mijn tegenstanders dan andersom.”
De gouden medaille, waarop vooraf min of meer gerekend was, ging uiteindelijk niet naar Nederland maar naar Australië. „Direct na afloop hebben we met z’n allen even heel hard gebaald. Daarna snel de knop kunnen omzetten. We waren ons van het besef doordrongen dat we maximale inzet had getoond, maar dat we puur op waarde zijn geklopt. Het positieve nieuws was dat we ons wereldrecord, in april behaald op Madeira, hebben kunnen behouden.”
Uitdagend
De schoolslag is eigenlijk altijd al haar ‘ding’ geweest. „Het is allemaal begonnen toen ik zeven was. In de beginperiode kreeg ik te maken met diskwalificaties die betrekking hadden op het ongelijk aantikken. Tja, nogal logisch in mijn geval. Immers vanaf mijn geboorte mis ik mijn rechterhand. Een jaar of zes later werd ontdekt dat ik ook last heb van een rechterschouderblokkade door scoliose, een afwijking in mijn ruggenwervel. Ondertussen heb ik me laten ‘inkeuren’. Via een talentendag belandde ik in het paralympische wereldje. In 2013, op twaalfjarige leeftijd, mocht ik al naar het WK bij de senioren.”
Wat vindt Zijderveld zo bijzonder aan de schoolslag? „Ik vind het een leuke en vooral technisch uitdagende slag qua uitvoering. Het luistert héél nauw als je ‘m op topsportniveau zwemt. Totaal niet te vergelijken met de schoolslag die basisscholieren voor de kiezen krijgen. Veel wedstrijdzwemmers houden er niet van, waardoor de populariteit over het algemeen niet al te groot is. Je dient rare onnatuurlijke hoeken met je benen te maken. Gelukkig draaien mijn knieën en heupen meestal lekker mee.”
Summum
De triomfen op de schoolslag hebben zich in de loop der tijd opeengestapeld. „Het veroveren van het WK-goud in Glasgow(2015) en in Londen(2019) was natuurlijk ronduit schitterend, maar winnen tijdens de Paralympics in zowel Tokio als Parijs heb ik als het summum ervaren. Hóger bestaat eenvoudigweg niet. Dat ik in Tokio naast twee zilveren (50 en 100 meter vrije slag) en een bronzen plak (100 meter vlinderslag) ook nog goud pakte op de 200 meter wisselslag maakte het feest compleet”, onderstreept ze.
Ondanks alle successen deed ze na Tokio bewust afstand van de (top)sport. Zijderveld: „Er bestaan uiteraard nog méér dingen in het leven dan alleen zwemmen. Het opbouwen van een maatschappelijke carrière bijvoorbeeld hoort daarbij. Ik heb gekozen voor de deeltijdstudie accountancy bij Nyenrode. Dat doe ik nog steeds.”
Na een afwezigheid van bijna een jaar keerde ze terug in de nationale ploeg.
Tot slot, hoe ziet ze de toekomst tegemoet? „Ik heb nog geen flauw idee hoe de komende jaren eruit zullen zien. Mogelijk ga ik me focussen op het WK in Singapore, volgend jaar september. Of ik straks in Eindhoven ga trainen? Daarover moet ik nog een nachtje slapen.”